woensdag 28 augustus 2013

Augustus

Ik las laatst een column van Claudia de Breij in de Volkskrant. Ik bewonder de veelzijdigheid van Claudia de Breij, maar vind haar vooral leuk wanneer ze dat niet probeert te zijn. Ze wierp een blik op de maand augustus. Ze had er weinig mooie woorden voor over. Memoreerde vooral hoe augustus het begin van het einde van de zomer symboliseert.

Bij het lezen van de column gebeurde er niets met mijn stemming. Ik las hem en bladerde door. Twee dagen later sloeg hij in. De weemoed. Door al in de eerste week van augustus de maand te bezien als het einde van de zomer, voelde ik opeens de warme lucht zwaar op mijn schouders drukken, de zon net iets te uitbundig branden, het asfalt onder mijn fietsbanden smelten. Eind juli had ik dat nog als hoogtijd zomerdagen bestempeld, begin augustus bracht het me in een neerslachtige stemming.
Bijzonder hoe de exact zelfde externe omstandigheden een totaal ander gevoel kunnen oproepen. Of specifieker: bijzonder hoe ik met exact dezelfde omstandigheden een totaal ander gevoel in mijzelf kan oproepen.

In een beroemde TEDtalk onderschrijft psycholoog Shawn Achor dit principe. Hoewel de wereld is ingericht op de gedachte dat externe factoren ons geluk bepalen, doen we dat voor 90% vanuit onszelf. Niet wat de externe wereld je te bieden heeft, zegt iets over je lange termijn geluk, maar de wijze waarop jouw brein daarmee omgaat.
Het is een veel gebruikt voorbeeld. Twee mensen gaan naar de bioscoop. Voor aanvang van de film vertellen ze elkaar dat het een waardeloze film gaat worden. Anderhalf uur later staan ze buiten en knikken bevestigend. Het was een waardeloze film. Je had je eigen brein geprogrammeerd om met een negatieve bril naar de film te kijken.

Nu ik weet dat het klimaat slechts voor 10% van invloed is op hoe ik mij voel, fiets ik niet alleen veel opgewekter het najaar in, maar bekijk ik augustus nog eens opnieuw. Mijn mistroostigheid slaat om in een nieuw verlangen. Een verlangen naar het verlichten van kaarsjes in huis, naar het aansteken van de haard. Ja, zelfs een diep verborgen verlangen naar het optuigen van een kerstboom, daar waar die kamerplant staat…
Vandaag voel ik de dauwdruppels werken aan hun ijzelkracht, als een schraaljager in een sportschool die in enkele maanden gaat uitgroeien tot bodybuilder. Het asfalt wordt al wat nattig, door de veelkleurige wolken zie ik de lucht niet meer. Dapper trap ik door.

Ik ben zelf verantwoordelijk voor mijn eigen geluk. Tenminste voor 90%. En mijn brein weet het zeker: Augustus is een prachtmaand. Het begin is volop zomer, het einde luidt de winter in.