maandag 11 maart 2013

I.M.


Het laatste ritueel van het leven is de dood. Zo benadert de Katholieke kerk het tenminste. Het is op zijn minst bijzonder dat je het ritueel waarin je het nadrukkelijkst  centraal staat, zelf niet meemaakt.

Wij hebben een kunstenaar in de familie. En dan niet de categorie ‘iemand die mooie dingen maakt’ want zo heeft elke familie er wel een. Waarbij ‘mooi’ dan een uitermate subjectief begrip is. De kunstenaar in mijn familie gebruikt zijn creatieve begaafdheid om schilderijen en etsen te maken en verdient er zijn geld mee.

Een van zijn etsen hangt in mijn huis. Een man en een vrouwfiguur zijn op de rug afgebeeld. Met hen kijk je in de verte. Hun gezichtsuitdrukkingen blijven voor mij verborgen. Kijken ze terug met een glimlach? Spreekt de angst uit hun ogen? Op mijn ets heeft de vrouw haar armen geheven. Raken haar vingertoppen de achterkant van het hoofd in een ontspannen-ik-leg-mijn-hoofd-te-rusten-in-mijn-handen-houding, of grijpt ze naar haar hoofd als was ze geschokt door wat ze ziet? Het werk heet Looking Back.

Terugkijken op jouw leven, dat is wat anderen doen tijdens de uitvaartmis. Omdat ik er recent eentje bijwoonde waarbij ik niet overstelpt werd door emoties van verdriet, kon ik het ritueel van de dood eens goed in mij opnemen. De aanwezigen gaan staan wanneer je wordt binnengedragen. Vijf priesterlijk geklede heren getooid met kruizen en lantaarns buigen voor je kist. Kaarsen worden voor je aangestoken. Een familielid spreekt de in memoriam over je uit. Het kruisje waarmee je als lid van de kerk bent gezegend, wordt bijgezet in de kerk. Je wordt bijgeschreven in het boek der doden. Je krijgt water over je heen gesprenkeld om je te herinneren aan je geboorte, wierook wordt aangestoken om je te omringen met de meest verheven geuren. De mooiste, eerlijkste en meest ontroerende woorden worden gesproken. Het is prachtig al die aandacht en die liefde. En niets van dat al maak je mee. Je bent immers dood.

Ik vond het zo indrukwekkend, die stapel aan rituele handelingen, dat ik mij afvroeg waarom ik niet vaker naar de kerk ga. Niet als “funeral crasher”, maar ter inspiratie en berusting. Net nadat ik mijzelf de vraag gesteld had ging de priester over op het prevelen van de geloofsbelijdenis, het breken van de hostie en het drinken van de kelk wijn. En wist ik weer wat me zo tegen stond. Het deel wat niets met de rituelen van de dood  te maken heeft en wekelijks wordt gedaan, is sleets en nietszeggend.

Wijlen Stephen Covey zegt dat je zelf moet terugkijken op je leven, terwijl je er nog bent. Zelf je grafsteentekst moet schrijven en moet bedenken wat je looking back op je sterfbed gerealiseerd wilt zien. In legio cursussen word je die opdracht gegeven, en het antwoord verzinnen is niet makkelijk. Hoe zorg je ervoor dat het niet megalomaan is, maar wel veelbetekenend? En ben je in staat voldoende afstand te nemen en je zelf te aanschouwen?  

Ik pleit ervoor dat je niet zelf je grafsteen vast vult, maar dat we in memoriams gaan uitspreken vóór dat mensen sterven, dementeren of plots uitvallen. Periodiek, een keer in de pak ‘m beet vijf jaar, op hun verjaardag, tijdens Kerstmis, Pasen of voor mijn part Sinterklaas. Kies een moment waarop je de ander vertelt wat hem bijzonder maakt, haal herinneringen op, beschrijf het leven van de ander door jouw ogen. Zodat je niet alleen centraal staat op het moment dat je er niet meer bij bent. Zodat looking back bij jezelf en de ander tot opgeheven handen leidt die het hoofd helpen berustend het gezicht te keren naar het licht.  

2 reacties:

Anonymous Anoniem zei...

Prachtige oproep, Hanneke !
Zullen we beginnen in onze werkgroep?
Hopelijk tot dan. Warry

12 maart 2013 om 22:17  
Blogger Hannekeschrijft zei...

Goed idee! Dat zal zeker spirit verhogend werken ;)!
CU in amersfoort.
Hanneke

13 maart 2013 om 07:22  

Een reactie posten

Aanmelden bij Reacties posten [Atom]

<< Homepage